2. Vergelijk de twee verhalen. Schrijf op wat hetzelfde is in de twee verhalen en wat verschillend is in de twee verhalen.
3. Wat zongen de engelen?
4. Waarom wilde koning herodes veel weten over het kindje Jezus?
5. Welke rol speelt de ster in het kerstverhaal?
6. Welke geschenken gaven de wijzen?
7. Waarom gaven ze geschenken?
8. Waarom moesten Jezus en zijn ouders vluchten?
9. Waarheen vluchtten ze?
10. Waar komt het gebruik van de kesrtboom vandaan?
11. Wat bedoelen we met "de kerstgedachte"?
12. Waar komt het gebruik van een klein kerststalletje vandaan?
13. Wat is de betekenis van kaarsen bij het kerstfeest?
14. Wie van de figuren in de kerststal kom je niet in het kerstverhaal in de bijbel tegen?