Klas 4

In klas 4 werken we met de volgende onderwerpen en modules.


Module 1: KERKGESCHIEDENIS
In de loop van 20 eeuwen christendom is er heel veel gebeurd en hebben heel veel mensen kleine of grote rollen gespeeld in de ontwikkeling van de christelijke kerk.
Je hoeft maar een (kerk)geschiedenisboek op te slaan of je komt het allemaal tegen.

Module 2: ETHIEK
Ethiek houdt zich bezig met de vraag naar “wat wel mag en wat niet” en met de vraag waar dat “wel /niet mogen” vandaan is gekomen.

Module 3: IK EN GELOVEN
Een uitspraak van een geleerde is: “ niemand kan zonder geloof....”. Hij liet daarbij in het midden of het ging om het geloven in een “God” of “goden” of bijvoorbeeld in jezelf of iets anders. Elk mens heeft een soort overtuiging van waaruit hij /zij zijn /haar leven inricht.

Module 4: CHRISTENDOM VERGELEKEN
Het christelijk geloof kent een heleboel “gedachten” en “vormen”: men gelooft bepaalde dingen, men viert bepaalde feesten, men vindt dat bepaalde dingen niet kunnen.

Module 5: SEKTES
Meestal wordt een sekte omschreven als: “ een groep gelovigen, die vaak slechts enkele ideeën uit de oorspronkelijke godsdienst heeft over gehouden en streng aan die enkele regels probeert vast te houden”.

Module 6: VRIJE RUIMTE
Elk vak, dat iemand studeert of beoefent heeft zo zijn grenzen.
Daarmee wordt bedoeld, dat er misschien wel heel veel kan, maar dat je best eens de vraag mag stellen of “alles is toegestaan”. Bijvoorbeeld: Iemand studeert biologie of is bioloog. Tijdens de studie ( het werk ) komt de opdracht om mee te doen aan een onderzoek en daarbij zelf “als proefkonijn” te fungeren. Wat zou je zelf doen? Waarom? Wat vind je van mensen die tegen jouw keuze ingaan?

Module 7: HELP IK LEES DE BIJBEL.
Heel veel mensen lezen regelmatig in de Bijbel. Ze komen soms teksten tegen, waarvan ze zich afvragen: “wat staat daar nou eigenlijk?” Soms zijn er teksten uit de Bijbel gebruikt ( of: misbruikt?! ) om een bepaald idee of standpunt mee te “bewijzen”.

Module 8: CREATIEF ( alternatieve opdracht )
Je mag in plaats van de “theorieopdracht” ook werken aan het verwerken van de in
de modules gegeven onderwerpen door middel van een EEN CREATIEVE VERWERKING. De bedoeling is dat je op een creatieve manier uitdrukking geeft aan wat de modules aan inhoud hebben te bieden. Je kunt dus een COLLAGE maken of EEN POSTER of een TITELBLAD over de module van je keuze. Zelfs EEN GEDICHT (op een poster) hoort tot de mogelijkheden. EEN LIED, EEN HOMEPAGE etc.